Anna schrijft

Verwonderingen en observaties, korte verhalen en columns

Juultje kwijt

12 uur, ik kom uit een vergadering, kijk op mijn telefoon en zie een bericht van mijn buurvrouw: ‘Ha Anna, jullie konijn zat net in mijn tuin, zit nu weer op ‘t gras in jullie tuin. Bij mij kan die geloof ik niet verder dus dat is veilig, maar dan weet je waar die is als je hem mist.’

Ik heb twee gedachtes. De eerste: ik moet nu in actie komen en heen en weer rijden om dat beest te zoeken. Of: ik zie vanavond wel. Die laatste wuif ik direct weer weg, nadat ik in gedachten de kinderen vertel dat we Juultje kwijt zijn, in het donker op zoek gaan of erger nog… dat we haar platgereden aantreffen voor de deur. Ik bel de buurvrouw. Ze zegt dat ze het konijn nu op ons grasveld ziet huppen. Oké, ze is nog in de tuin. ‘Ik kom er nu aan, wil je bij onze poort wachten om te voorkomen dat ze daar onderdoor kruipt?’ vraag ik. Ik leen een auto, rijd snel naar huis en bedenk dat het heel fijn is om zo dicht bij huis te werken. Onderweg probeer ik Bastiaan te bellen, maar ik krijg hem niet te pakken. Als ik aan kom rijden wil de buurvrouw net een grote plank voor de poort zetten. Samen lopen we de tuin in. Dan blijkt Juultje bij haar in de tuin verstopt te zitten. Gelukkig, ze leeft en is in de buurt, denk ik. We splitsen op en proberen haar in te sluiten. Juultje wordt alsmaar valser. Piept, gromt, stampvoet en laat haar nagels zien. Ze reageert altijd heel goed op Guusje, maar die kan ik moeilijk van school halen om dit te helpen oplossen. Even denk ik aan mijn moeder, totaal geen dierenvriend, die over haar hart streek en met mij en Elmo, de dwerghamster naar de dierenarts ging voor een zalfje. Ik zie mijzelf nu staan bij het hok van het dier van mijn kind. 

Oké, grover geschut nodig. Ik pak dikke handschoenen en probeer haar te grijpen. Zonder succes, maar met overal in de lucht stukjes van haar pluizige grijze wintervacht. Ze verstopt zich in een spleet tussen haar hok en de schutting. Top… die komt hier dus niet meer uit. Na drie pogingen krijgen we het voor elkaar om haar met een stok, waarmee we rustige tikjes geven, uit de spleet te lokken. Snel sluiten we de spleet af en na nog een paar vangpogingen heb ik het spartelende beest vast en loop ik snel terug naar het hok. Ik sluit het deurtje en de buuf en ik geven elkaar een highfive. Zo, dat is gelukt! Ik bedank haar uitvoerig en kijk naar mijn tot een uur daarvoor nog witte sneakers… In het heetst van de strijd was ik die even vergeten. Ik doe andere schoenen aan en rijd weer terug naar kantoor. Mijn buurvrouw gaat binnenkort verhuizen. Ik vind haar een fijne buurvrouw. We lopen de deur niet plat, maar in dit soort situaties zijn we er. Wie ervoor terug komt weten we nog niet, maar ik ga deze buuf zeker missen.

Helemaal verhit kom ik terug op kantoor, waar al mijn collega’s in de keuken zitten te lunchen. En? Heb je het konijn gepakt? Gelukkig wel ja… Stom beest.