Anna schrijft

Verwonderingen en observaties, korte verhalen en columns

Poep praat

Niet zo lang na mijn tweede bevalling kwam ik erachter dat die zwangerschap en bevalling zo traumatisch waren, dat ik PTSS had. Hier heb ik traumatherapie (EMDR) voor gekregen, wat gelukkig goed aansloeg. Dit alles zette mij ook aan het denken. Wat wil ik op privé- en werkgebied? Waar krijg ik energie van en waar loop ik op leeg? Ik was hulpverleningsland een beetje ingerold en had er niet heel bewust voor gekozen. Ik kon het gewoon en dus ging ik het doen. Zo ging ik mij afvragen waarom ik als hulpverlener was gaan werken. Wilde ik dat nog wel? En wat bracht het mij eigenlijk? Bracht het mij überhaupt nog wel iets en gaf ik vooral niet alleen heel veel energie weg? En bleef er wel voldoende energie over voor mijn gezin, zij die toch mijn nummer één prioriteit zouden moeten hebben en niet mijn caseload vol gezinnen die ik bijstond. En gelukkig gaf dit werk mij vaak ook veel voldoening. Zeker wanneer ik iemand echt een stap verder kon helpen en het gevoel kon geven dat ze gezien werden en ik ze serieus nam. Juist dat maakte het ook zo lastig om de knoop door te hakken.

Mijn zoektocht deelde ik in vertrouwen met een paar collega’s. Eén van hen wist wel een coach die mij bij deze zoektocht kon helpen. Nu weten de mensen die mij goed kennen dat ik een beetje een allergie heb voor de wildgroei aan coaches en de zogeheten zorgcowboys die, zoals ik dat dan zeg vooral ‘poep praten’ en de boel belazeren ten koste van kwetsbare mensen. Maar, dit was zogezegd een ander soort coach. Hij zat in het einde van zijn studie en zocht  – tegen een gereduceerd tarief en een gratis intakegesprek – cliënten waarop hij kon oefenen. Hij had direct plek. Ach, baat het niet dan schaadt het niet, dacht ik. Dus ik maakte een afspraak met hem. Little did I know…

Ik sprak af op een doordeweekse avond en toen ik de auto had geparkeerd kwam ik erachter dat het bij hem thuis in de achtertuin was in een soort omgebouwd tuinhuisje. Het was er bloedheet, er lagen allemaal kleedjes op de grond en het rook er intens naar wierrook. Ik ben nogal gevoelig voor scherpe luchtjes en kan er echt diepe walging van krijgen, zo erg dat ik bijna moet spugen. Of ik mijn schoenen wilde uittrekken (dit doe ik alleen als ik op bezoek ben bij iemand waar ik mij veilig voel, of uit respect bij mensen waar dit gebruikelijk is). Ik voelde instinctief dat ik mij niet op mijn gemak voelde, dus wilde mijn schoenen aanhouden, gevoelsmatig voelt dat veiliger want dan ben je sneller weg ofzo. Zeker met deze schoenen waarbij ik over het strikken van de veters best even deed.

Er klonk panfluitmuziek (ècht!!) en de beste man zag eruit als een wannabe goeroe, denk Giel Beelen op blote voeten, lang haar en baardgroei to the max. Ik kreeg instant jeuk en had eigenlijk al besloten dat dit totaal niet het down-to-earth-gevoel was dat ik zocht. Ook ging ik enorm twijfelen aan mijn collega en haar kennis over mij. En ik dacht: ‘Zou ik deze gevoelens ook hebben wanneer de coach een vrouw was geweest?’ Mijn hoofd draaide overuren!

De coach vroeg of hij onze gesprekken mocht opnemen voor zijn studie. Ook dat voelde helemaal niet prettig. Ik vertelde kort waarnaar ik op zoek was, dat ik een keerpunt had ervaren in mijn leven en toe was aan iets anders. Een andere baan wellicht, en wat dan? Toen begon hij over een massage en dat hij dit in de tweede sessie kon doen om mij meer in contact te brengen met mijn lichaam, hij voelde namelijk dat ik niet in contact stond met mijn lijf. Daarna stelde hij voor om eerst te beginnen met een meditatie; of ik mijn ogen wilde sluiten. Voor mijn gevoel duurde die meditatie eindeloos en ik keek steeds stiekem door de spleetjes van mijn ogen heen naar hem en zag dat hij volledig opging in het moment. Hij had totaal geen benul van mij en leek niet te zien dat ik mijn ogen niet meer gesloten had. Tijdens de meditatie nam hij me mee op een soort reis die ik niet helemaal kon volgen en waar ik mij ook niet voor open kon stellen. Daarna stelde hij suggestieve vragen die impliceerden dat hij mij volledig kon lezen. Waarop ik telkens zei dat ik dat anders ervoer. Ik begon het zat te worden en noemde simpelweg wat job-coaching te willen en kijken waar ik energie van zou krijgen en waarvan juist niet. Dat ik daarover wilde praten, niet allerlei oefeningen wilde doen. Na 50 minuten zat de sessie er bijna op en verzamelde ik al mijn moed en gaf aan dat ik niet het idee had dat dit is wat ik zocht. Dat ik toch wat praktischer aan de slag wil en al voldoende haal uit mijn yogales één keer per week, op het gebied van ademhaling en meditatie. Het liefst had ik hem gezegd dat hij poep praatte, dat het allemaal heel wazig was en ik hem helemaal niet kon volgen. Maar dat durfde ik niet, want ik zat daar wel in de avond in het donker bij hem, in een hutje in de tuin. Hij vroeg me er toch nog even over na te denken en dat heb ik, om ervan af te zijn, toegezegd. Ik zou hem nog mailen. Toen ik de auto in wilde stappen, voelde ik dat ik weggleed met mijn schoen in iets. In de auto rook ik het ook en ik voelde dat ik moest kokhalzen. Het was poep. Vol onder mijn nieuwe schoenen – dit gebeurt dus altijd bij nieuwe schoenen – helemaal diep in het profiel getrokken. En zo kon ik alsnog mijn schoenen uittrekken en met billendoekjes, die gelukkig nog in het dashboardkastje lagen, het gaspedaal schoonvegen en met aan één voet een schoen en aan de ander alleen een sok naar huis rijden.

Had hij het toch voor elkaar dat ik mijn schoenen uittrok.

Eenmaal thuis heb ik, nadat ik mijn schoenen bij de achterdeur had geparkeerd, in de hoop dat Bastiaan ze wilde schoonmaken (ik ga echt kotsen dan), direct gemaild dat ik geen match voelde en dus niet meer terugkwam.